16 juli 2012 – Jon Lord (Deep Purple): meester van het Hammondorgel neemt afscheid
Op 16 juli 2012 verloor de muziekwereld een van haar meest invloedrijke en gerespecteerde toetsenisten: Jon Lord, medeoprichter van Deep Purple en architect van de kenmerkende rock-klank waarin het Hammondorgel centraal stond. Hij overleed op 71-jarige leeftijd aan de gevolgen van alvleesklierkanker, een ziekte waarvoor hij sinds augustus 2011 werd behandeld.
Van klassiek naar rock – de geboorte van een legende
Jon Lord werd geboren op 9 juni 1941 in Leicester, Engeland. Aanvankelijk opgeleid in de klassieke muziek, ontwikkelde hij een diepe fascinatie voor jazz, blues en rock-‘n-roll. Zijn grote doorbraak kwam in 1968 toen hij samen met Ritchie Blackmore, Ian Paice, Nick Simper en Rod Evans de band Deep Purple oprichtte. Lord bracht met zijn klassiek geschoolde achtergrond een unieke toets naar de groep.
Zijn gebruik van het Hammond C3-orgel, versterkt via een Marshall-stack, zorgde voor een krachtig en onderscheidend geluid dat hem een icoon van de hardrock maakte.
‘Smoke on the Water’ en andere klassiekers
Samen met zijn bandleden schreef Jon Lord mee aan legendarische tracks als ‘Child in Time’, ‘Highway Star’, en natuurlijk het onsterfelijke ‘Smoke on the Water’. Dit laatste nummer, afkomstig van het album Machine Head (1972), is inmiddels uitgegroeid tot een van de meest herkenbare riffs in de muziekgeschiedenis.
In Nederland stond ‘Smoke on the Water’ in 1973 vijf weken in de Top 40, met een piekpositie op nummer 11. In Vlaanderen was het succes meer bescheiden in de BRT Top 30, maar het nummer verwierf in beide landen een cultstatus. Anno nu staat het elk jaar hoog genoteerd in de jaarlijkse eindejaarslijsten zoals de Top 2000 in Nederland en de 1000 Klassiekers op Radio 1 in Vlaanderen.
Meer dan Purple – Lord’s muzikale veelzijdigheid
Hoewel hij het meest bekend is van zijn werk bij Deep Purple, reikte Jon Lords muzikale ambities verder. In de jaren ’70 bracht hij ‘Concerto for Group and Orchestra’ uit – een gedurfd project waarin hij Deep Purple combineerde met het Royal Philharmonic Orchestra. Hiermee was hij een pionier in het fuseren van klassieke muziek met hardrock.
Later was hij ook actief in Whitesnake, de band van zijn Deep Purple-collega David Coverdale, en werkte hij aan een reeks soloprojecten, vaak met orkestrale en kamermuziekstructuren. Zijn composities weerspiegelden zijn liefde voor Bach, Elgar en Debussy, zonder zijn rockwortels te verloochenen.
Invloed en erkenning
Jon Lord was niet alleen een uitzonderlijk muzikant, maar ook een inspiratiebron voor generaties toetsenisten. Zijn invloed is merkbaar in het werk van artiesten als Keith Emerson, Rick Wakeman, Jordan Rudess (Dream Theater) en Derek Sherinian. Zijn stijl – een krachtige combinatie van klassieke precisie en rockenergie – maakte het toetseninstrument in een rockband even krachtig als een gitaar.
In 2016, vier jaar na zijn overlijden, werd Lord postuum opgenomen in de Rock and Roll Hall of Fame, samen met de klassieke line-up van Deep Purple.
Nederlandse en Vlaamse waardering
In de Lage Landen had Jon Lord altijd een trouw publiek. Deep Purple trad geregeld op in Ahoy Rotterdam, Vorst Nationaal en later ook op festivals als Arrow Classic Rock. In interviews sprak Lord geregeld zijn waardering uit voor het “intelligente en warme publiek” in Nederland en België. Zijn solotournee met klassieke arrangementen deed in 2010 nog het Concertgebouw in Amsterdam aan, waar hij lovende recensies ontving.
Het afscheid
Jon Lord stierf in een Londens ziekenhuis, omringd door zijn familie. Zijn overlijden werd wereldwijd gevoeld – van rockfans tot klassieke muziekliefhebbers. Hij liet een indrukwekkend oeuvre na waarin emotie, virtuositeit en vakmanschap samensmolten tot een uniek muzikaal erfgoed.
Zijn favoriete uitspraak, waarmee hij interviews vaak afsloot, vat zijn levensfilosofie krachtig samen:
“Music is not a competition. It’s about beauty, communication, and heart.”
Op 16 juli, elk jaar opnieuw, herdenken fans over de hele wereld niet alleen de man die ‘Smoke on the Water’ tot leven bracht, maar ook de artiest die als geen ander een brug sloeg tussen Bach en Blackmore.
